Ik vond het moeilijk te accepteren dat ik in de kern van mijn duisternis meedogenloos ben en geen genade zal tonen. Ik zal niet terugdeinzen. Ik zal nooit opgeven. Ik sterf voordat ik mijn nederlaag toegeef.

Ik ben niet bang voor dat deel van mezelf. Ik weet dat het er is als ik het nodig heb. Ik hoop dat dat nooit zal gebeuren, want ik weet dat het me hoe dan ook zou vernietigen.

Mijn duisternis voedt mijn kracht, maar het is ook mijn kryptonite.

Het tegenovergestelde van mijn zachtheid en gevoeligheid is mijn meedogenloosheid. Ik zal nooit wreed zijn, maar ik zal ook geen genade tonen.

Zonder mijn gevoeligheid als balans, zou ik een bom op scherp zijn.